De Arabische Lente was een golf van opstanden en protesten in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. De eerste onlusten waren in december 2010. In maart 2011 bereikte de Arabische Lente ook Syrië. Er brak een burgeroorlog uit. Die zorgde voor spanningen met buurland Turkije. Navo-lidstaat Turkije riep de hulp in van zijn bondgenoten.
Luchtverdediging
Het luchtruim werd het meest bedreigd. Turkije vreesde een aanval met SCUD-raketten. Daarom vroeg het land in november 2012 om versterking van de luchtverdediging. De Noord-Atlantische Raad stemde daar een paar dagen later mee in.
De Verenigde Staten, Duitsland en Nederland beloofden inzet van Patriot-raketten. Deze landen hadden de modernste versie (PAC-3) van de grond-lucht-raketten. De 3 landen zouden nauw samenwerken bij de bescherming van het Turkse luchtruim. Turkije zou de nodige ondersteuning leveren. Het gastland zorgde ook voor de beveiliging van de Patriot-batterijen.
Operatie Active Fence
Begin januari 2013 kwam het eerste personeel aan in Turkije. Het materieel werd per schip en vliegtuig verscheept. De Amerikaanse batterijen gingen bij de stad Gaziantep in stelling; de Duitse in Kahramanmaras. De Nederlandse 1 (NL) Ballistic Missile Defence Task Force ging naar de stad Adana. Daar werd de Nederlandse batterij opgesteld op de luchtmachtbasis Incirlik.
De batterij bestond uit:
een commandopost;
een vuurleidingscentrale;
een radarinstallatie;
6 raketlanceersystemen.
De Nederlandse batterij was op 26 januari 2013 operationeel. 2 jaar later kwam de missie ten einde. In de tussenliggende periode hoefde de batterij niet in actie te komen. Wel vergde de inzet veel van het personeel en het materieel van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando (DGLC).